Verslag Winterreis 2020: van Middellandse Zee tot Alpentop
In februari 2020 gaat de tiendaagse Winterreis naar Frankrijk, Italië en Zwitserland. Op het programma staan een rit met X2800-dieselstellen van St. Etienne naar Nîmes dwars door de Haute Loire en Lozère, een bezoek aan de smalspoorlijn van Genua naar Casella en een rit met Krokodil GE 4/4 182 uit 1928 over de Berninapas. Een laatste hoogtepunt betreft de terugreis die in een eersteklas panoramawagen langs de Rijn voert.
Op vrijdag 21 februari start de reis vanaf Amsterdam Centraal naar Brussel en vandaar verder naar Lyon en St. Étienne waar een gezamenlijk diner wordt gebruikt. Deelnemers vinden nog tijd om een tramrit te maken op de nieuwe lijn T3. Zaterdagmorgen vroeg vertrekt onze speciale trein voor een lange dagrit naar Nîmes. De rit langs voert langs de rivier Allier, een landschappelijk mooi traject via Le Puy en Velay. In station Langogne zetten we ons aan een uitbundige Franse lunch. Dan weer verder over een traject met vele bogen, tunnels en kloven. Deelnemers kunnen voorin in de cabine meerijden. Muisstil zijn en het personeel niet afleidend levert dat voor iedereen een prachtige blik vooruit op de baan. In Nîmes wordt uitvoerig afscheid genomen van het enthousiaste treinpersoneel.
De vrije zondag (met 21 graden) wordt heel divers gebruikt. De auteur van dit verslag gaat een dagje naar Montpellier waar meer reisgenoten worden ontmoet. Anderen wijken uit naar Avignon, Beziers, Arles of maken een treinrit naar Mende. Op maandag wordt doorgereden naar Marseille. Ook hier weten we met de vrije tijd wel raad. De tram, de haven en de stad zelf zijn met opnieuw 21 graden aangename doelen. Er wordt rondgespoord en gespot in onder andere Miramas, Avignon en bij het mini-trambedrijfje van Aubagne. Op dinsdagochtend is er nog wat tramtijd voor we gaan vertrekken met het oudbakken materieel van Thello EC 145. Dan volgt de melding dat de trein wegens technische omstandigheden niet zal rijden. Met wat lokale TER-treinen naar Ventimiglia en dankzij een flexibele conducteur van de Trenitalia-Intercity komen we alsnog redelijk op tijd in Genua. Het hotel is recht tegenover het station dus de restaurants vlak bij het hotel doen goede zaken. Met een dagkaart voor het OV op zak vertrekt iedereen een dag later met de bus naar station Manin voor een rit met een speciale (en historische) trein op de smalspoorlijn Genua-Casella. Het speciale karakter van de trein blijkt al direct bij het te vroege vertrek: drie deelnemers zijn nog niet aan boord. Geen probleem, de trein wordt weer teruggezet en er kan alsnog worden ingestapt. De heenreis op deze lijn van 25 kilometer wordt zonder stoppen afgelegd behalve voor een kruising met een diensttrein. Aangekomen in Casella is er voldoende tijd voor koffie in de plaatselijke horeca. Op de terugweg komt het ‘speciale’ van onze trein tot uiting. Het is mogelijk om schijnvertrekken en -aankomsten te regelen, mooie fotostops in te lassen met als kers op de taart een terugzetten over zeker 500 meter om de trein op een fraai viaduct te kunnen fotograferen. Het afscheid van het enthousiaste treinpersoneel gaat gepaard met het spontaan uitwisselen van kalenders. Daarna is het tijd voor het verkennen van trolleybussen, bizarre liften, funiculaires, een tandradbaan en de bijzondere Italiaanse stad.
Donderdag heel vroeg staat een Frecciarossa naar Milaan voor ons klaar. In dit grote station is het uitermate rustig, de eerste tekenen van het oprukkende coronavirus. Een internationale regionale trein brengt ons naar Zwitserland en via de oude Gotthard-route naar Göschenen. In Andermatt staat iedereen ineens in de sneeuw! De Oberalp-pas is grijs met sneeuwbuien en in Chur wandelen we in een sneeuwbui naar het hotel in het centrum. De reisleider heeft aan de sneeuwgarantie voldaan! Een dag later gaat het in panoramarijtuigen van de Bernina Express op weg naar Pontresina. Het is ansichtkaartenweer: een strakblauwe hemel en de sneeuwbuien van de vorige dag hebben een prachtig besneeuwd landschap achtergelaten. In Pontresina stappen we over op de historische trein van Club 1899 en maken we een rit met een trein van drie rijtuigen getrokken door locomotief 182. Deze volledig gerestaureerde loc biedt ook plaats aan een aantal passagiers die zonder enig bezwaar mee kunnen rijden op de bok. Het is een hele ervaring om de schakelingen in de weerstanden te horen waarbij de machinist een staande functie heeft met een been op de dodemansknop. Een historisch restauratierijtuig doet goede zaken met koffie, cake en na verloop van tijd steeds meer spiritualia. Een fantastisch heldere lucht met voldoende sneeuw en een fotostop brengt ons naar Cavaglia waar wordt omgelopen om terug te gaan naar Alp Grüm. Een daar in razende vaart uitgeserveerde lunch geeft ons voldoende tijd om nog rond te kijken. Dan komt er een melding van het treinpersoneel dat we nog even moeten wachten op een tegemoetkomende sneeuwruimer. Het personeel is best bereid om een showtje te geven en laat zien hoe breed deze sneeuw kan weghalen. Dat de uitblaasopening ook naar de fotolijn gericht kan worden wordt overtuigend gedemonstreerd! De rit terug wordt gebruikt voor een aantal prachtige fotostops waarbij de fotografen soms een sneeuwdijk moeten beklimmen om een mooie opname te maken. Bij terugkeer in Pontresina is er nog gelegenheid om de werkplaats te bezoeken. Na afscheid te hebben genomen van het personeel van de excursietrein gaat de schrijver nog een rondrit maken richting Scuol om via Saglians, de Vereina-tunnel en via Landquart Chur te bereiken om daarna aan het gezamenlijke diner aan te schuiven.
Zaterdag is de laatste vrije reisdag. Ook hier worden weer veel reisdoelen bepaald: Zürich, St. Gallen, Arosa, diverse lokaalspoorbanen, wandelen door de omgeving. Een aantal avonturiers hebben de 10 kilometer lange rodelbaan tussen Preda en Bergün (tweemaal) getest. Aansluitend worden tijdens het afscheidsdiner in het hotel de reiservaringen van de dag uitgewisseld en wordt de reisleiding wordt bedankt voor de inzet om deze reis te organiseren. Op zondag 1 maart begint de reis per dubbeldeks-IC naar Basel SBB. Na een korte pauze gaat het in het panoramarijtuig eerste klasse van EC8 verder langs de klassieke route waarbij de Rijn wordt gevolgd tot Düsseldorf. Vandaar reizen de meesten verder met ICE 122 naar Amsterdam Centraal met een omweg vanuit Arnhem over de Betuweroute. Wij kunnen terugzien op een mooie afwisselende SNE-reis met goed bedachte uitgangspunten voor leuke excursies onderweg.