NBDS-excursie
door Ronald Bokhove
De spoorzoekersexcursies van de SNE mogen zich nog steeds in een toenemende belangstelling verheugen. Voor de speurtocht naar de restanten van de Noord-Brabantsch-Duitsche Spoorweg-Maatschappij melden zich 99 deelnemers, goed voor twee flink gevulde bussen op 28 juni en 5 juli 2008.
De liefhebbers laten zich ongetwijfeld verleiden door het roemrijke verleden van wat eens een belangrijke schakel was tussen Londen en Berlijn. Duitse, Britse en Russische staatshoofden behoren voor de Eerste Wereldoorlog tot de trouwste reizigers. Wie heden ten dage de overblijfselen van de verbinding Boxtel – Wesel beziet, kan zich nauwelijks een voorstelling maken van de betekenis die de spoorlijn ooit heeft gehad. Gelukkig reist Vincent Freriks op de excursiedagen mee en hij kan als geen ander dat verleden tot leven te brengen met boeiende wetenswaardigheden en sappige anekdotes. Vincent heeft als kenner van de spoorweggeschiedenis in Zuid-Nederland een aantal publicaties op zijn naam staan en daar is op 28 juni een indrukwekkend standaardwerk over de NBDS bijgekomen. De uitgave vindt gretig aftrek als naslagwerk en als een mooie herinnering aan een geslaagde excursie.
Die voert vanuit Boxtel met de bus eerst naar Veghel waar de brug over de Zuid-Willemsvaart nog intact is en waar de allerlaatste handbediende overweg van het openbare spoornet wordt aanschouwd. Het spoor houdt hier op, hoewel bij Mill ter hoogte van de Peel-Raamstelling enkele tientallen meters als aandenken zijn teruggeplaatst. De Duitsers hadden op 10 mei 1940 geen enkele moeite om door deze verdedigingslinie heen te breken. Van het etagestation Kruispunt Beugen is niets meer over en dat geldt ook voor het eens zo omvangrijke emplacement van Gennep, dat als thuisbasis van de NBDS gold. De stationsgebouwen van Liempde, Schijndel, Mill en Oeffelt zien er echter nog uit als in hun beste dagen. Over de grens – het Duitse Lijntje wordt hier Boxteler Bahn genoemd – zijn in Hassum, Asperden, Goch en Uedem nog enkele historische bouwwerken voorhanden.
Hoogtepunt van de excursie zijn de restanten van de 2000 meter lange brug over de Rijn tussen Büderich en Wesel die in 1945 door de Duitsers is opgeblazen in een poging de geallieerde opmars tot staan te brengen. Het heeft niet geholpen. De aanbruggen en de vele pijlers zijn nu markante herkenningspunten in het hier vlakke landschap. In Wesel wordt de bus na de Schnitzel mit Kartoffelsalat verruild voor een excursietrein van het Historischer Schienenverkehr Wesel die vanaf de halte Rheinpromenade richting station rijdt. Door werkzaamheden moet bij het aansluitwissel worden gekeerd. Op de terugweg wordt de spoorlijn van de Cöln-Mindener Eisenbahn via Geldern en Straelen gevolgd. Als de bus rond negen uur in Venlo arriveert zit een lange dag er op. Zij die thuis zijn gebleven hebben ongelijk gekregen, maar met de aanschaf van het boek kan de schade nog worden ingehaald.