Spoorwegdesign
Presentatie door Henk Sijsling
Presentator Henk Sijsling is mede-auteur van het bekende boek Treindesign: de ontwikkeling van spoorwegmaterieel in Nederland.
Esthetiek van stoomlocomotieven
In de ‘Regelen der kunst’ (1927) beschrijft Henschel-constructeur Kurt Ewalt esthetica-principes voor stoomlocomotieven. In de presentatie zullen een aantal stoomlocomotieven de revue passeren en met de aanwezigen wordt beredeneerd aan de hand van Ewald esthetica-regels of zo’n machine een schoonheid is of niet.
Behalve constructeurs hielden ook kunstenaars zich bezig met deze vorm van ‘abstracte‘ schoonheid. Deze kunstenaars noemden zich de Futuristen en gingen onder meer te rade bij Picasso. De schoonheid van Picasso’s schilderijen zit net als bij stoomlocomotieven in de abstracte constructies. Een klasgenoot van Picasso, Paul Arzens (1903-1990) deelde de passie voor de machinerieën. Bij hem stond vooral voorop dat behalve de schoonheid van locomotieven zelf zij ook nog eens in het landschap moesten passen. Dat kwam tot uiting bij de Alstom-locomotieven serie 1100, 1300 en 1600, die door Arzens zijn vormgegeven. Paul Arzens vond overigens Picasso maar een commerciële kwast.
Stroomlijn
In de tijd van Arzens maakte de locomotief een grote technische ontwikkeling door. De framelocomotief met stangenaandrijving werd vervangen door draaistellocomotieven. En stoom door diesel of elektra. Sommige locomotieven zoals de rangeerlocomotief V60 behielden hun stangen. Een rijervaring met dit type inclusief ‘Duitse humor’ is onderdeel van de presentatie.
Behalve de techniek veranderde ook de vormgeving. De voortschrijdende aerodynamicaprincipes gaven de stroomlijnhype vleugels. Auto’s, treinen, gebouwen, stofzuigers en lingerie werden gestroomlijnd. Ook werd stroomlijnlingerie weer inspiratiebron voor detaillering van auto’s. Ook het beroep industrial designer deed toen zijn intrede. Hun motto: stroomlijn was vooral een manier om iets sneller te laten lijken.
NS Design
Aanvankelijk leverde de treinfabrikanten het design van treinen. De assertieve Elsbeth van Blerkom met haar TEE en de te bescheiden J. de Niet, beiden in dienst van Werkspoor, zijn daar voorbeelden van. De vormgeving ging over naar de NS-design. De vlerkerige industrial designer Niels Greif gaf vorm aan de Talbot-sprinter en de kop van Siemens/Bomdardier sprinter.
NS-designers moesten constant hun waarde bewijzen. Immers ‘van de plank’ kopen bied veel kwalitatieve en financiële zekerheden. Door het debacle met de Fyra bleek dat ‘van de plank’ kopen moet samengaan met de juiste contractvorm. Na de Fyra is de vormgeving weer bij de fabrikant terecht gekomen.